Bert en Ernie in mijn hoofd
Ik ben dol op Bert en Ernie, 2 grote vrienden die samen in een huis wonen in Sesamstraat. Ernie is jong van geest, heel vrolijk, impulsief en wispelturig en vooral chaotisch. Bert is een beetje een zeurderig type, moeilijk voor iets te porren, heel vaak bangig voor alles wat gaat komen, vaak somber of bozig en hij wil zijn zaakjes goed geregeld hebben, op het dwangmatige af.
Ook houdt hij zich het liefst bezig met steeds dezelfde dingen zoals paperclips en duiven. Ze beleven de leukste avonturen samen en daar hebben ze niet veel voor nodig: vaak is een gesprek dat ze voeren in hun woonkamer of in hun slaapkamer al genoeg voor weer wat consternatie.
Sinds kort weten we ook dat deze 2 makkers, die dus al jaren samen wonen, geliefden zijn. Hoe ze elkaar hebben gevonden en wat hen een relatie deed aangaan, ik weet het niet maar het is een mooi stel samen, vind ik.
https://www.ed.nl/show/schrijver-onthult-bert-en-ernie-zijn-een-stelletje~a0d7f05a/
En het klinkt nu misschien wel heel erg gek maar je moet weten: ik heb ook zo’n mooi stel in mijn hoofd wonen. Ik heb al zolang als dat ik besta een Bert en Ernie in mijn hoofd zitten. Althans een soort van deze figuren. Een hoofd met 2 types erin die ik dag en nacht bij me draag en die ik nooit kan uitzetten zoals een aflevering van Sesamstraat waarin deze 2 jonge guiten de straat een beetje opvrolijken, die steeds maar doorgaat.
Ik geloof dat ik dat moet toelichten. Het klinkt namelijk een beetje gek en dat is het ook.
Ook al is Ernie de kleinste van de twee, ik heb in de basis een grote Ernie in mijn hoofd. Ik voel me vaak jong van geest, althans een stuk jonger dan de 48 jaar die ik op de kalender aantik, ik kan heel impulsief zijn en heel enthousiast plotseling iets willen. Ik spring vaak al associërend van de hak op de tak als je mij aan het woord laat en ik kan door het dolle zijn van iets kleins, zoals Ernie van zijn badeendje.
Doordat ik die Ernie in mijn hoofd heb wil ik regelmatig dingen doen die een beetje afwijken van het gewone. Het gewone lijkt dan saai en sukkelig en ik wil vooral iets nieuws, iets leuks, ik wil de boel wat opschudden. Net als Ernie in Sesamstraat gedijt de Ernie in mijn hoofd het beste op wat actie, al is het maar een gek spelletje spelen. Als de Ernie in mijn hoofd aan het woord is (en dat is hij nogal eens) dan denk ik dat ik overal voor te porren ben.
Ik verlang naar leuke feestjes met heel veel nieuwe mensen die ik daar leer kennen, schrijf me (bijna) in voor opleidingen, wil om de zoveel tijd een andere baan of in ieder geval een andere functie, een ander huis of een nieuwe hobby. Ik wil meedoen aan the Voice, koop een caravan omdat rondtrekken als een nomade me het allerleukst lijkt en nog veel meer.
Maar ik heb een redelijk groot en ruim hoofd en in dat hoofd is nog meer ruimte vrij, en wel voor de Bert in mijn leven. En Bert is vooral degene die overal van schrikt, die bang is voor nieuwe dingen, die eigenlijk het vaste structuurtje dat ik in mijn leven heb wel fijn vindt en die helemaal niet zoveel nieuwe dingen wil.
Die het dus heel erg vermoeiend vindt om op drukke feestjes met allerhande mensen te moeten praten, het doodeng vindt om op te treden, laat staan op tv bij de Voice! Bert is in mijn hoofd helemaal geen kampeermens en wil eigenlijk het liefste thuis blijven omdat het daar zo lekker voorspelbaar en vertrouwd is. Dus je begrijpt, die 2 botsen dagelijks in mijn hoofd. Maar met die 2 uitersten in mijn hoofd moet ik het wel dagelijks doen.
Bert en Ernie zijn natuurlijk metaforen voor hoe ik mij voel en gedraag. En ik kan je zeggen: dat is niet gemakkelijk. Is een doorsnee aflevering van Bert en Ernie soms al ongemakkelijk om naar te kijken, ze komen er toch vaak samen uit. In mijn hoofd lukt dat vaak toch niet. Ondanks dat Ernie de meeste ruimte inneemt wint Bert het toch vaak van hem. Maar nadat Bert de doorslag heeft gegeven blijft Ernie achter met een ontevreden gevoel over het saaie leven dat we zo leiden.
Soms geef ik Ernie wel eens zijn zin maar daarna betaal ik vaak meteen de prijs. Op van de zenuwen en van de vermoeidheid moet ik dan toch weer een middagje gaan rusten om bij te komen van de reuring die het allemaal met zich mee heeft gebracht.
Gelukkig heb ik de laatste tijd steeds vaker vrede met dingen. Ik accepteer steeds meer dat ik ben zoals ik ben en dat ik wel graag spanning in mijn leven wil maar dat rust voor mij vaak nog beter is. En dat dat goed is. En dat je soms best iets anders dan anders kunt doen maar dat je dan iets anders weer moet laten. Heel verstandig eigenlijk allemaal.
En als ik een keer echt ontevreden ben zet ik een prachtig lied op dat Bert en Ernie samen zingen en dat gaat als volgt:
“Maak er wat van,“Maak er wat van”, als je ontevreden bent, nou doe er dan wat an.
“Maak er wat van”, “Maak er wat van”, moet je maar eens kijken wat je allemaal niet kan.