Overgevoelig en ondergevoelig bij autisme
Gevoeligheid voor prikkels. Het is vaak een groot thema voor mensen met (kenmerken van) autisme.
Je kunt hierin twee varianten onderscheiden, overgevoelig of ondergevoelig.
Overgevoelig
Bij mensen die overgevoelig zijn voor prikkels, komen één of meerdere prikkels harder binnen dan bij mensen zonder (kernmerken van) autisme. Denk hierbij aan bijvoorbeeld geluiden, aanrakingen (ook van kleding bijvoorbeeld), geuren, beelden en pijn.
De prikkels komen heel heftig binnen en je kunt er niet omheen. Je hebt bijvoorbeeld heel veel last van een labeltje in je kleding, een radio in de auto, het gepraat van je collega’s om je heen of de parfum van een vriendin.
Jesse was heel gevoelig
Jesse uit mijn praktijk was vroeger heel gevoelig. Pijn deed was bij hem veel erger dan bij andere kinderen. En ook bepaalde stoffen en labels vond hij maar vervelend. Nu hij studeert, is hij minder gevoelig geworden voor pijn, maar de stoffen kriebelen nog steeds heel snel.
Hij is ook gevoelig voor voedingstoffen. Hij is voor verschillende dingen allergisch. Gelukkig weet hij inmiddels hoe hij daar op een goede manier mee om kan gaan en heeft hij er daardoor minder last van.
Gevoelig voor energie en sfeer
Mensen met (kenmerken van) autisme zijn, in tegenstelling tot wat ze vroeger dachten, vaak heel gevoelig voor energie en sfeer. Ze voelen aan wanneer anderen dingen verzwijgen of vrolijk doen in plaats van vertellen dat ze ergens mee zitten. Dit geeft onduidelijkheid en stress, wat ze voelen klopt dan niet met wat die ander bijvoorbeeld zegt.
Jesse heeft zijn gevoeligheid voor energie en sfeer van andere mensen en ruimtes hij nog steeds. Vroeger had hij daar echt veel last van. Maar door hier tijdens mijn begeleiding regelmatig aandacht aan te geven, kan hij op dit moment goed bij zichzelf blijven en daardoor heeft hij minder last van energieën en sferen van anderen.
Ondergevoelig
Zo gevoelig als Jesse was een aantal jaren geleden, zo ondergevoelig was Koen. Vooral als je het over pijn hebt. Als Koen vroeger viel, dan veegde hij een keer over de plek die hij gestoten had en ging hij verder met spelen. Andere gevoeligheden zoals stoffen, labels, voeding en energieën heeft hij wel, net als Jesse. Maar weer net op een andere manier. Zo is iedereen met (een vermoeden van) autisme anders natuurlijk.
Het lijkt misschien best wel makkelijk, als je minder last van pijn hebt. Maar ook daar zitten nadelen aan verbonden.
Pijn wordt niet goed gevoeld
Als Koen zich gestoten had, en dat deed hij nogal vaak want hij klom overal op en probeerde alles uit, was het voor zijn moeder niet echt goed in te schatten of hij zich pijn had gedaan. Hij zette zich er zelf heel makkelijk overheen. Waardoor het soms zo was dat hij zich wel degelijk hard gestoten had en er bijvoorbeeld een gekoeld moest worden. Maar dat dit voor de mensen om hem heen niet duidelijk was.
Nu kan hij beter zijn grenzen aanvoelen
Nu is hij ouder en begint hij grenzen van zijn lichaam beter aan te voelen. Op dit moment loopt hij er soms tegenaan dat hij het wel voelt, maar niet op de juiste manier weet aan te geven. Ik zal je een voorbeeldje geven.
Als een arts vraagt of hij pijn heeft aan zijn voeten, die vrij vaak klachten geven, denkt Koen dat de arts vraagt of hij nu pijn heeft. Hij geeft dan als antwoord vaak ‘nee’. Terwijl hij de volgende dag op school eigenlijk niet van het ene naar het andere gebouw kan lopen als hij ook al gym gehad heeft, omdat zijn voeten zo’n pijn doen.
Vraag letterlijk nemen
Dat heeft natuurlijk minder met het voelen van prikkels te maken, maar meer met het interpreteren en begrijpen van wat er gevraagd wordt. Hij neemt de vraag heel letterlijk. En dat is weer een ander verhaal dat ook met autisme te maken kan hebben.
Zo zie je maar dat sommige gevoeligheden meer blijvend zijn (in het geval van Jesse en Koen tenminste) en met andere gevoeligheden kun je mee om leren gaan, waardoor je er minder last van hebt.
Hoe werkt dit bij jou?
In mijn begeleiding vind ik het belangrijk dat je inzicht krijgt in wat voor jou geldt en wat jij er mee wilt en kunt doen. Dan kun je sommige prikkels vermijden, andere prikkels leer je mee om te gaan en er blijven wellicht nog wat prikkels over waar je nog steeds last van hebt.
Je kunt dan wat lastige prikkels wegwerken. En dat kan je een hoop stress en energieverlies schelen gedurende een dag.
Hoe is de prikkelverwerking bij jou? Ben jij over- of juist ondergevoelig? Of verschilt dit per onderwerp?
Vind jij het lastig om inzicht te krijgen in de prikkels waar jij last van hebt? Weet je van welke prikkels je meer last hebt en waarvan het fijn zou zijn om die te vermijden of te verminderen als dat kan?