Vrij van (Mantel)zorg
De afgelopen weken waren zware zorgweken.
Althans, bij Jongste ging het, los van wat pre-puberteitse perikelen, best wel redelijk. Uiteraard moeten we hem nog steeds de hele tijd entertainen en in de gaten houden maar we weten niet beter. Het is gewoon zoals het is.
Wat ons bij Jongste helpt is dat hij altijd naar de zaterdagopvang gaat en 1 keer per 4 maanden 1 nachtje gaat logeren. Dat geeft ons theoretisch de gelegenheid om eens wat los te komen van (de) zorgen.
Ik schrijf “theoretisch ” omdat dat dus niet altijd mogelijk is door ons andere kind.
Want die doet de laatste weken weer een flink appèl op ons vermogen weerstand te bieden aan zijn boze – en dwarse buien.
Hij lijkt steeds minder geïnteresseerd te zijn in school en sinds het verliezen van zijn favoriete sport, lijkt hij zich alleen voor het gamen nog intrinsiek te kunnen motiveren.
En omdat we de laatste weken met Oudste van incident naar incident gingen, voel ik me de laatste tijd langzamerhand meer een dweil dan een energieke moeder die goed bestand is tegen “wat” gedragsmatige weerstand.
Los van wat irritaties en iedere avond een nogal “down”gevoel had ik het zelf nog niet echt door dat ik er een beetje doorheen zat. Ik had er gewoonweg de tijd niet voor om te reflecteren op mijn eigen situatie en gemoedstoestand. Wat niet gek is, omdat we met zijn allen toch in een trein zitten die maar doordendert en waar stoppen of even de aandacht laten verslappen echt geen optie is.
Daarnaast lopen andere dingen zoals werk en het managen van allerhande zaken ook gewoon door.
Zo kwam het dat onze generalist ons op het feit wees dat de indicatie voor Oudste bijna verlopen was. En dat zij niet vanuit haar eigen visie als geregistreerd jeugdwerker de indicatie “zomaar” mocht verlengen. Dat moet tegenwoordig namelijk in samenspraak met de Gemeente. Daarnaast was het haar ook niet helemaal helder wie welke zorg verleende en waarom en wat Oudste nu nodig had dus moesten we een zgn. Multi Disciplinair Overleg gaan inplannen.
Dat overleg moest dus een overleg worden met Oudste en een afvaardiging van zijn school, de generalist en haar collega van de Gemeente, onze ambulant begeleider en ons als ouders om te gaan bekijken wat wijsheid was.
Met die grote groep spraken we die middag heel open over wat er allemaal gebeurde op school vanuit de gedachte van Passend Onderwijs en wat er thuis allemaal gebeurde en nodig was voor Oudste. Al pratende kwamen we er achter dat hij eigenlijk, bij wijze van spreken, het meest gebaat zou zijn bij een soort van buddy die hem de hele dag door aan zou sturen. Maar dat dat natuurlijk niet realistisch is, alleen al gezien de hoge kosten die daar mee gepaard gaan. Dus spraken we ook over wat wel realistisch was.
Een eerste punt van aandacht kon zijn om het wat betreft schoolzaken meer los te laten en de verantwoordelijkheid daarvoor bij school en Oudste neer te leggen.
Dus:
Kijken in Magister? Niet meer doen!
Hem aansporen om zijn huiswerk te gaan doen? Echt niet meer doen!
Boos worden als hij zijn boek niet op tijd uit heeft voor de boekbespreking? Denk er niet eens aan!
De groep deskundigen dacht dat het loslaten van dat gedeelte ons al een heleboel ruzies zou gaan schelen.
Ook hadden we het er over dat we het beste op een andere, meer verbindende manier konden omgaan met Oudste en deze methodiek zouden we onszelf kunnen aanleren. Dit zou ons wel weer veel tijd en energie gaan kosten. En daarvan kon ik niet volmondig zeggen dat ik die had…..
Wat we met de rest van de aansturing moesten was nog niet duidelijk. Toen er gesproken werd over de mogelijkheid van het eventueel afbouwen van de ambulante begeleiding thuis, omdat het een nogal ruime indicatie schijnt te zijn als er iemand 2 keer 3 kwartier per week langskomt, kreeg ik het plots Spaans benauwd. Het beeld van dat we die tijd waarin hele nuttige dingen worden gedaan en gezegd met en tegen Oudste, niet meer zouden krijgen, bezorgde mij ter plekke een lichte paniekaanval.
Want op de momenten dat die begeleidster bij ons thuiskomt neemt zij voor dat moment de aansturing even van ons over. Leert zij hem dingen over hoe hij problemen zou kunnen aanpakken. En dat zijn voor mij nu net de momenten dat ik even gas terug kan nemen. Dat ik even, heel even maar, kan bijtanken. En die wil ik niet kwijt.
En ik voelde me daar ter plekke zo moe en verdrietig worden. En bedacht me tegelijkertijd hoe fijn het zou zijn als we eens een tijdje, al was het maar een weekend, helemaal ontzien zouden worden van kinderzorgen.
Veel tijd om te mijmeren had ik niet want er moest doorgepraat worden. Het was iedereen wel duidelijk dat we allemaal behoorlijk belast waren door de situatie en hoewel ik van tevoren anders had verwacht, voelde ik me gehoord en gezien door alle partijen. En dat deed me goed.
Niet dat we al een uitspraak hadden over de indicatie, de basis die gelegd was, was positief en men dacht actief mee.
Thuisgekomen herinnerde ik me weer een nieuwsbericht dat ik in een flits had gezien: er was een petitie opgesteld door het weekblad Margriet en Mantelzorg.nl die het mogelijk zou moeten maken om iedere mantelzorger een week vrij van mantelzorg te kunnen geven.
Een week!
Dat leek een droom.
En ik denk ook dat het bij dromen blijft want ook al neemt iemand voor ons de zorg een week uit handen dan zal Oudste er tegen ageren. Die wil niet een week bij een vreemde logeren, of op kamp. Dus dat gaat hem niet worden.
Toch, alleen al het feit dat er organisaties zijn die vinden dat er iets aan gedaan moet worden en het feit dat er mensen zijn die die petitie tekenen, sterken mij al in mijn kracht. Ik voel me gehoord en gezien en dat is al een hele grote ontlasting waar ik weer lang op kan teren. Die mij helpt
de veerkracht weer te vinden om mijn schouders er weer onder te zetten. Want mijn kinderen hebben mij hard nodig. En ik hen ook. Onvoorwaardelijk.